Blijf je geven aan de Heer

Geven is een kunst

Inleiding

Blijf je zelf aan de Heer geven. Wat denkt u, dat heb ik al gedaan één keer is toch voldoende? Ja, dat moet genoeg zijn dat zegt de Bijbel heel duidelijk, dan bent u Zijn kind ook wel Zijn eigendom. Maar in deze studie wil ik de aandacht vragen voor het feit dat op onze reis naar de eeuwigheid er van alles mis kan gaan. Dat begrijpt u als geen ander. Want het zal toch wel eens voorkomen dat u de ‘smalle weg’ een beetje te eng vindt? Dan lijkt het gras ‘op de brede weg’, veel malser, het ‘ruikt lekkerder’ en het is een ‘lust voor het oog’. Wanneer dit onze aandacht trekt gaan we vanzelf onze koers wijzigen dan letten we niet meer op de ‘eigen tuin’ de ‘eigen wijngaard’. Als we geen acht (meer) geven op onze eigen wijngaarde, wat een beeld is van ons geestelijke leven, dan ziet de vijand zijn kans schoon.

“Vangt ons de vossen, de vosjes, de vernielers der wijngaarden; en onze wijngaarden staan in bloei” Hooglied 2:15 Leidse Vert.

Wanneer ons geestelijk leven, in bloei staat, zijn wij blij en krijgen we het gevoel dat het  werk gedaan is. Dat kan leiden tot ver-onachtzaamheid, dan komen de vosjes, de vernielers van geestelijk leven. En dan…? Dan heb je meer werk en misschien hulp nodig om die nare vosjes (lees zonden), uit je leven te verjagen.

Kijk, daar willen we samen bij stil staan, en ontdekken hoe belangrijk het is dat de dagelijks toewijding, ook wel, onze dagelijkse bekeringen, onze aandacht heeft.

Ik wens je een gezegende tijd met deze studie, Fred.

De studie

“Vertrouw je hele leven aan Hem toe. Dan zal Hij in alles voor je zorgen. Hij zal altijd voor je opkomen. Dat is net zo zeker als dat het 's morgens weer licht wordt en de zon hoog aan de hemel zal komen te staan” Psalm 37:5-6 BB.

“Doe niets om er zelf beter van te worden of om erover te kunnen opscheppen. Maar wees bescheiden en vind andere mensen belangrijker dan jezelf” Filippenzen 2:3 BB.

Je hele leven uit handen geven?

Ja, je leest het goed. Alles wat je bent, alles wat je liefhebt en alles wat je doet, vreugdevol uit handen geven. Is dat niet teveel gevraagd, jezelf helemaal loslaten en toevertrouwen aan God die het beste, zo zegt men, met je voorheeft? Tja, je moet maar durven.

  • Een vraag die hieruit voortkomt en die ik mijzelf ook stel is; ‘Ken ik God voldoende om dit aan te kunnen?’

Ondanks al onze gedachten en twijfels die ons zoveel ellende kunnen bezorgen en die het roepen naar God zo onder druk zetten, dat we maar weer zwijgen, ondanks dit zegt God tot ons, “Blijf roepen, Ik Ben er altijd”.  Mogelijk zit ons hart op slot door wel heel vervelende omstandigheden en durven wij nog nauwelijks omhoog kijken, laat staan te roepen. Ik riep wel eens naar God, maar schrok zo van mijn eigen stem dat ik dacht om maar niet meer te roepen.

Ons roepen wordt soms beïnvloed hoe we met God omgaan, want wie naar God roept zit meestal in een niet te beste situatie. Daar zie ik zoveel voorbeelden van in de Bijbel  én in mijn eigen leven. Maar wanneer we blij zijn dan gaat ons roepen veel eenvoudiger dan spreken we ook heel andere woorden tot God. Blijdschap of je ergens over verheugen maakt dat je anders bent, makkelijker te benaderen, toegankelijker voor Gods Woord en voor het werk van de heilige Geest in ons.

Een paar voorbeelden

David heeft in zijn leven ook vaak tot God geroepen. Hij kende ook zoveel omstandigheden waarin het zeer wenselijk was dat hij God aanriep. En liet God hem in de steek? Ik kan niet één situatie bedenken waarin God Davids roepstem niet wilde aanhoren. Nu hoor ik u zeggen; ‘Kreeg David dan meteen een passende oplossing aangeboden’. Hoe doet God dit in ons leven? Kunnen we zeggen, ‘zwijg Heer want ik spreek, luister goed ik wil nu een antwoord van U?’ Nu zegt u , ‘Maar dat kan niet’. En toch is dit een houding die veel gelovigen in God aannemen. Mogelijk zijn deze mensen opgevoed met een ‘Automaten-geloof’. Je gaat naar de wekelijkse bidstond en laat daar voor je bidden en morgen verwacht je dat God je noden opgelost heeft. Maar tussen horen en verhoren zit heel vaak een leerproces.  Zo kan het zijn dat God voor een bepaalde tijd niets zegt, maar Hij blijft niet altijd zwijgen, wanneer we blijven roepen. We hebben de garantie dat God ons altijd hoort, dat zeker. Uit de verhalen van de grote Godsmannen kunnen we niet opmaken hoeveel tijd er tussen een gebed en de oplossing zit. Soms wel en daar zijn geweldige voorbeelden van.

Toen Paulus en Silas gevangen zaten gingen ze lofliederen zingen, dat is een geweldig mooie en zeer krachtige vorm van God aanroepen, en lees wat er toen gebeurde;

”Maar toen het ongeveer middernacht was, baden Paulus en Silas en zongen ze lofliederen om God te prijzen. De andere gevangenen luisterden naar hen. Plotseling was er een zware aardbeving. De hele gevangenis schudde. Alle deuren gingen open en de boeien van de gevangenen raakten los. De bewaker schrok wakker uit zijn slaap. Hij zag de deuren van de gevangenis openstaan. Hij greep zijn zwaard om zichzelf te doden, want hij dacht dat alle gevangenen waren ontsnapt. Maar Paulus riep luid: "Doe jezelf geen kwaad, want we zijn allemaal nog hier!" De bewaker liet licht brengen. Hij sprong naar binnen en liet zich bevend voor Paulus en Silas op zijn knieën vallen. Toen bracht hij hen naar buiten en zei: "Heren, wat moet ik doen om gered te worden?" Paulus antwoordde: "Geloof in de Heer Jezus. Dan zul je worden gered, met iedereen die in je huis woont” Handelingen 16:25-31 BB.

Wat we hieruit leren is dat God aanroepen altijd beweging veroorzaakt. Zelfs maakte God door middel van een aardbeving de boeien van de gevangenen open, zonder dat er een ontsnapte. Die mensen waren, door deze wonderlijke wijze van boeien bevrijdend-openmaken, nu Gods gevangenen. Hij had hen allen bevrijdt en toonde hiermee dat Hij Heer was over alle natuurwetten.

Lofzangen brengen Gods krachten in beweging.

Wanneer ik onbehoorlijk behandeld wordt dan kan ik kiezen om verschrikkelijk boos te worden of om er voor te bidden en te Lof-zingen. Dat laatste heeft op mij een wonderlijke uitwerking. Dan is het of God al mijn boosheid uit mijn hart wegbrand en ik ervaar dit als een wonderlijke macht van God die mij overschaduwd. Dan komt er rust en ruimte in mijn ziel, dat is een heel bijzondere ervaring.

We zien dat roepen tot God alles te maken heeft ‘hoe onze band’, met God de Vader is. Hoe goed we Hem kennen en weten dat we door Jezus Hem mogen naderen. Dat naderen kende Paulus wel. Hij had nogal een intense bekering meegemaakt. Zo viel hij op de grond en was blind en onmiddellijk wist Hij, dit is God. En God sprak hem aan en noemde precies waar Paulus naartoe op weg was. Wie zulke dingen zegt, dat moet God zijn. Paulus was overtuigd en stotterde;

 “Here wat wilt U dat ik doen zal”?

Paulus begreep wel dat zijn christenvervolgingsmissie voorbij was. Hij was genezen en gaf zich over in de handen van God alsof hij nu zelf een vervolgingsgevangene was i n dienst van Jezus. Toen Paulus met zijn maat in de bajes zat had hij het nodige dus al meegemaakt maar telkens ook de hand van God gezien. In al zijn omstandigheden wist hij nu wel wat hem te doen stond, hij ging ‘lof-zingen’, lof-zingen met geweldige uitwerkingen. Zowel voor Paulus en Silas als voor de andere gevangenen en hun bewakers. Zo kunnen we hier dit uit leren; Het kan zijn dat God jou narigheid gebruikt om anderen te bereiken om je naaste tot Hem te brengen. Zo zijn wij het uitschot zeg Paulus want;

Worden wij gelasterd, wij blijven vriendelijk; wij zijn als het uitvaagsel der wereld geworden, als aller voetveeg, tot op dit ogenblik toe” 1 Corinthiërs 4:13 NBG.

Dat is op het hoogste niveau 'evangeliserende-gevangenschap'. Denk ook aan het bijzondere verhaal van Koningin Esther die zichzelf opofferde voor haar volk ze zei; “Kom ik om dan kom ik om”. God gebruikte haar bereidwilligheid haar opofferingsgezindheid, zo kon zij de totale ondergang van het Joodse volk voorkomen. Denk ook aan het verhaal van Jozef. In zijn jonge jaren vernederd en veracht door zijn broers. Uiteindelijk verkocht als slaaf komt hij in het huis van Potifar in Egypte als dienstknecht. Maar de satan zat niet stil. Via de vrouw van de koning, die hem begeerde, maar Jozef ging hier niet op in en vluchtte weg, hoewel hij geen misdaad had begaan belande hij onschuldig in de gevangenis, wat een vernedering. Weet u hoe de gevangenissen in Egypte eruit zagen? Dat was een groot gat in de grond met een stevig hek eroverheen. De regen en kou had vrij spel. Maar om de gevangenen extra te ontmoedigen was het gebruikelijk dat er uitwerpselen naar beneden werden gegooid. Daar moet je niet al te lang bij stil staan. Wat een vernedering heeft deze Jozef doorstaan. Maar God had hem nodig en door Jozef klein te maken kon hij later groot worden voor God. Lees het verhaal maar eens. Jozef werd uiteindelijk onderkoning en al zijn broers en de Egyptenaren hadden ontzag voor een zeer rechtvaardige onder-koning. Vaders lievelingetje, moest veranderen in een man die niet stond te zwaaien met zijn voordelen, maar Gods voorzienigheid mocht uitdelen in de vorm van voedsel. Zo kon een zwaar vernederde man bruikbaar worden tot een “genade-uitdelende’ man. Zo werd Gods volk opnieuw gespaard door de strijd die één man moest aangaan met zichzelf, om de moed niet op te geven. Hoe dierbaar moet dan God de Vader voor ons zijn? Wijst dit niet wonderlijkmooi naar het leven van de Grote Redder Jezus Christus. Hij streed ook een strijd van, pijn en vervolging, van vuistslagen tot kruisig Hem.

Laten we denken aan de gevangen in de gevangenissen overal ter wereld die om hun geloof zijn opgesloten. Wat Jozef niet wist en alle anderen dat ze een taak te vervullen hebben en het loskomen van zichzelf en zich in volledige afhankelijkheid over te geven aan God Hun Vader.   

Welke weg zien wij hierin voor onszelf? Heeft die verslaving je leven vernield en nu je ongeneeslijk bent is er niets meer te redden. Ben je al een leven lang ziek en moet je verpleegd worden en moet je dan ook nog eens gescheiden wonen omdat je het samen niet meer volhield? Hoe zwaar kan ons leven zijn, als je al bij het graf van een aantal van je kinderen of kleinkinderen hebt gestaan? Hoe zwaar Heer, help ons en schenk genade, want zonder Uw aanwezigheid kunnen we dit niet dragen. En dan alle vragen die door je heen gaan. Wat kunnen bruikbare antwoorden zijn. Wie heeft wijsheid Heer, laat het ons op een keer zien want die Hoop mogen we hebben omdat U ons anker bent tot in de hemel.

“De zekerheid dat Hij ons zal redden is als een anker voor onze ziel. Daarmee zijn we verbonden met God Zelf, achter het gordijn in de hemelse tempel” Hebreeën 6:19 BB.

laten we leren om net zoals de mannen Gods onze lofzangen aan God te wijden. En net zolang heel dicht bij Je Hemelse Vader te schuilen totdat het cement je om de oren vliegt en die boeien van vernedering jou niet meer kunnen boeien.  Dan mag je weten ik ben vrij en geen gevangene meer van mijn problemen of verdriet e.d. 

De schrijver van de Jacobus-brief zegt dit;

  • Ga naar God toe, dan zal Hij naar jou toe komen.
  • Stop met het doen van slechte dingen, ongehoorzame mensen!
  • Leef voortaan zoals God het wil, twijfelaars!

Jacobus 4:8 BB.

“Stop met het doen van slechte dingen”, zie je, dit is Gods antwoord op het feit waarom Hij niet eerst tot ons komt. Als we ons bekeren van slechte gewoontes of andere dingen die God afwijst, dan zijn we tot Hem gekomen. Dat kunnen we dus zien als de daden van ons geloof zichtbaar zijn. Het woord bekeren wil zeggen 180 graden omdraaien en dan zeg ik maar heel simpel, dan kijk je automatisch naar God, naar zijn eeuwige liefde, dan is Hij al tot jou genaderd. Dan versta je Zijn sten en durf je Hem aan te kijken. Dan gaan wij ons niet langer verstoppen voor God. Dan kunnen we ons niet anders meer voordoen  dan wij zeggen.

Let wel even goed op, dat het initiatief bij ons ligt. Wij eerst, dan de Vader. Wij moeten het de moeite waard vinden om terug te keren tot God. Dat mogen we laten zien, dan ervaren we dat God ook tot ons wil komen. God is niet van de mensen afgedwaald maar wij hadden of hebben Hem de rug toegekeerd. In Adam zijn we allemaal schuldig verklaard.

“Maar jullie eerste voorvader – Adam - was Mij al ongehoorzaam. En de priesters die jullie mijn wet moesten leren, wilden Mij niet volgen. ‘Daarom zal Ik de priesters mijn tempel uitzetten en het volk Israël laten doden. Israël zal - door de andere volken worden bespot” Jesaja 43:27-28 BB.

Tja, als we niet passen in Gods plan worden we net als die priesters het huis van God uitgezet. Dan begeven we ons ineens in een ongemakkelijke situatie. En de mensen die zich dit moeten aantrekken weten dit voor zichzelf heel goed. Het lijkt op wat Paulus schrijft aan de Korintiërs.

God gaf Israël over aan de schande en de spot. Maar waar ging het nu fout, was dit om hun voorvader Adam die God ongehoorzaam was geweest, of lag het aan hun eigen keuze aan hun priesters hun voorgangers en leraren. Ik denk dat het allemaal te maken had met de eigen keuze, zoals God die al had laten horen bij monde van Mozes;

“Vandaag horen de hemel en de aarde wat ik tegen jullie zeg. Zij zijn mijn getuigen. Ik laat jullie kiezen tussen het:

  • Het leven en de dood
  • Of de zegen en de vervloeking

Kies alsjeblieft het leven, zodat jullie zullen leven, en jullie familie ná jullie ook. Kies het leven door van jullie Heer God te houden, naar Hem te luisteren en Hem trouw te zijn. Want Hij is jullie leven. Dan zal Hij jullie een lang leven geven. En jullie zullen blijven wonen in het land waarvan de Heer aan Abraham, Izaäk en Jakob heeft gezworen dat Hij het hun zou geven” Deuteronomium  30:19-20 BB.

Kies voor het leven roept God

Kies voor het leven roept God, laat zien dat je van Hem houdt. Dat is het middel om de zegeningen van God de Heer te ontvangen. Wij kunnen de ander nooit de schuld geven van onze foute keuzes. We zouden kunnen zeggen dat in Adam we niet anders kunnen, want we hebben nu eenmaal een zondige natuur meegekregen. Dus zijn wij niet schuldig, maar daar hebben we niets aan. Hoewel dit waar is blijft God zeggen dat we zelf de keuze hebben om goed of slecht te leven, om God lief te hebben of om Hem te haten. Het volgende gedeelte uit Jeremia schetst precies de kern van ons foute leven. Daarom wil ik dit graag meegeven in deze studie. Het is precies de vinger op de zere plek:

“Maar jullie zijn koppig en ongehoorzaam. Jullie houden je niet aan de grenzen die Ik jullie heb gegeven

  • Jullie zijn bij Mij weggelopen
  • Jullie hebben niet bij jezelf gezegd
  • Laten we ontzag hebben voor onze Heer God

Want Hij geeft ons op de juiste tijd regen, in de herfst en in de lente. Hij geeft ons onze oogsten.' Jullie zijn ongehoorzaam aan Mij. Daarom hebben jullie nu geen regen en geen oogsten. Want veel van jullie trekken zich helemaal niets van Mij aan.

  • Ze loeren op mensen zoals vogelvangers loeren op vogels.
  • Ze zetten strikken en vangen mensen!
  • Zoals een kooi vol zit met vogels, zo zitten hun huizen vol met leugens en bedrog.
  • Daarmee zijn ze rijk en machtig geworden.
  • Ze zijn vet en volgegeten.
  • Ze zijn door en door slecht.
  • Ze spreken oneerlijk recht.
  • Ze komen niet op voor de arme mensen en de weeskinderen.
  • Toch gaat het goed met hen.
  • De arme mensen kunnen hun niets schelen.
  • Ik móet zo'n volk wel straffen, zegt de Heer.
  • Ik kan zo'n volk toch niet zijn gang laten gaan?
  • Wat de profeten profeteren, zijn leugens.
  • De priesters maken zich rijk ten koste van de mensen.
  • En mijn volk vindt het allemaal best.
  • Maar Ik ga er een eind aan maken.
  • En wat zullen jullie dan doen?”

Zie Jeremia 5:23-31 BB.

Beste aardbewoners er is God veel aan gelegen om ons in dit leven te helpen om straks voor altijd in Gods Hemelrijk te wonen. Maar zoals we net zagen, het lukt ons niet zo goed. De Israëlieten, Gods volk bij uitstek, daar was bijna geen Godsdienstig leven meer. En Gods woorden laten duidelijk zien dat Hij gekrenkt is. Dat leert ons dat God gevoelens kent en dat Hij verdriet en boosheid kan ervaren. Dus laten we onze relatie met Hem serieus nemen. Wan    t God wil Zijn kinderen liefhebben, beschermen en veilig thuisbrengen. Dat vraagt van ons een absoluut vertrouwen in God. Hebben we dit niet of het is tijdelijk door zonden weggeëbd, dan kan ons hetzelfde overkomen zoals van de Israëlieten hierboven staan geschreven.

Een Bewuste omgang

Dat vraagt van ons een heel bewuste omgang met God, een voortborduren op onze eigen keuze om Hem lief te hebben. Maar hoe kunnen we die Grote Almachtige God nu liefhebben? Daar schieten we toch altijd tekort in? Bestaat er een maat waarmee God onze liefde meet. Zal Hij onze liefde afwijzen omdat we nog wel eens van het padje raken? Een wetgeleerde in Jezus’ tijd wilde daar ook het fijne van weten. Hij was nieuwsgierig of Jezus hem kon vertellen wat nu de belangrijkste wet zou zijn die Mozes hen had gegeven. Jezus geeft hem dit antwoord: “Hij zei tegen hen:

"Houd van je Heer God met je hele hart, met je hele ziel en met je hele verstand.' Dat is de eerste en belangrijkste wet. De tweede, die net zo belangrijk is, is deze: 'Houd net zoveel van je broeders als van jezelf.' De hele wet van Mozes en de boeken van de profeten gaan over deze twee wetten” Mattheus 22:35-40 BB.

De hele wet van Mozes, weergegeven in twee duidelijke zinnen met twee hoofdthema’s; het liefhebben van God en je naaste. Daar gaat de hele wet van Mozes over. Wanneer je had verwacht dat Jezus zou vragen, ‘dat weet je toch zelf wel want jij bent toch een Schriftgeleerde’? Maar nee, Jezus ging de discussie niet aan over die wetgeving, waar Goddelijke voorschriften en menselijke maatstaven elkaar in de weg zaten. Want dit wilden de omstanders wel heel graag, dagenlang doorzagen over een punt of komma en andere zaken, daar leende Jezus Zich niet voor. Nee, deze ontmoeting mocht niet uitlopen in een twistgesprek, waardoor de verdeeldheid onder de mensen alleen maar zou toenemen. Hier mochten geen theologische overwinnaars uit de bus rollen, want daar was de wet van Mozes niet voor gegeven. Zo liet Jezus de discussie links liggen en gaf hen geen voer om Hem in de val te laten lopen. Dat was altijd het geval met wetgeleerden en Sadduceeën. Maar hoe kun je nu uit 600 wetten weten welke de belangrijkste was? Dat werd een oeverloze discussie een verspilling van tijd en energie.

Uit dit alles blijkt dat Jezus de wet beter kende dan deze mensen. Daarom citeerde Jezus uit Deuteronomium 6 vers 5, de les die we hierin vinden is deze; wie de samenvatting van Mozes’ wet naleeft onderhoudt hiermee de gehele wet van Mozes. Want wie de kern van Gods wet begrijpt dat het gaat om het liefhebben van God en de medemens hij of zij voldoet aan de gehele wet door God aan de mens gegeven.

Hoe bevrijdend is dit? Mens wat een verademing. Dat is nog eens een verlossende kijk op de geboden van God. We moeten ons geen zorgen maken over de vraag wat wel en niet mag, en wat de wet ervan zegt. Dan krijg je altijd de teleurstellende gedachte dat je geen ‘goed kúnt doen’. De wet veroordeeld ons altijd omdat die wet iets van ons eist waar wij niet aan kunnen voldoen. Wij worden daarom in Jezus Christus bevrijd van de ‘vloek der wet’.

“Veel mensen willen leven zoals God het wil en daarmee vrij zijn van schuld. Daarom proberen ze zich precies aan de wet van Mozes te houden. Ze vertrouwen er op dat dat hen zal redden. Maar zij zijn vervloekt! Want er staat in de Boeken: "Iedereen die zich níet precies houdt aan alles wat er in het boek van de wet van Mozes geschreven staat, is vervloekt. (…) Maar Christus heeft ons bevrijd van de vervloeking van de wet van Mozes. Hoe? Door Zelf die vervloeking op Zich te nemen. Want er staat in de Boeken: "Vervloekt is iedereen die aan een hout hangt." Zo kon God de zegen die Hij aan Abraham had gegeven, ook aan niet-Joodse volken geven. Namelijk als ze in Jezus Christus geloven. En door dat geloof konden we de Heilige Geest ontvangen die God had beloofd” Galaten 3:10-14 BB.

“Maar Christus heeft ons bevrijdt”, hoe vaak moeten we dit herhalen voordat we dit met ons hele hart geloven? Ervaren we het ook dat Christus Jezus de vloek van de zonde van ons heeft afgenomen zodat wij werkelijk vrij zijn. Wij kunnen het weten of het geloven, maar getuigt ons leven hier ook van?

Wat spiegels ons vertellen

Paulus zegt hier iets heel moois over:

“En op ons gezicht is het licht van de macht en majesteit van de Heer te zien. Want er is geen 'doek' over ons gezicht. We zijn als spiegels die steeds meer de stralende macht en majesteit van de Heer weerspiegelen. Want we gaan steeds meer op Christus lijken. Dat gebeurt door de Geest van de Heer” 2 Korintiërs  3:18 BB.

“We zijn als spiegels die steeds meer de stralende macht en majesteit van de Heer weerspiegelen”. Wij kunnen dus wel degelijk iets van God laten zien als onze ogen stralen van Gods liefde. Ikzelf zat een keer niet zo lekker in mijn vel. Toen een medechristen langs kwam om eens even bij te praten begreep hij heel goed dat ik het allemaal niet zo eenvoudig vond om te geloven. Later in het gesprek kregen we het over de grote liefde van Jezus en het viel hem op dat toen mijn gezichtsuitdrukking zachter werd en dat mijn ogen straalden. Wanneer je gegrepen bent door de liefde van Jezus, dan veranderd er iets van binnen, het licht van Jezus schijnt dan in ons en door ons heen, om anderen te kunnen bereiken.

Tot slot nog een aantal teksten die laten zien dat God bij ons leven betrokken wil zijn en blijven. Hoewel er veel verleidingen zijn wil Het Woord ons doen herinneren dat de heilige Geest ons Kracht en Wijsheid geeft. Bestudeer deze teksten en je zult steviger in je ‘geloofsschoenen’ staan.

“Zorg ervoor dat niemand iets slechts van jullie kan zeggen”. Kijk, dit kan zomaar gebeuren soms zonder duidelijke reden worden we slecht gemaakt bij anderen. Wanneer wij ons hier niet goed tegen wapenen dan kunnen we ons geloof zomaar verliezen. Wel, je mag weten dat dit ook het doel is van dergelijke aanklachten. Gods woord geeft ons wat dit betreft ook de juiste voorlichting. Ik zeg dus niet zomaar wat, maar spreek namens Gods woord. Dat geloven we toch ook van de mensen die namens God de Bijbel mochten schrijven. Hierin ervoeren zij op zeer wonderlijke wijze de leiding van de heilige Geest die op hen was.

De volgende teksten geef ik door voor zelfstudie of overdenking:

“De eerste mens, Adam, werd een levend wezen." Maar de laatste Adam (= Jezus) werd een levendmakende Geest. Maar het geestelijke was er niet het eerst. Eerst kwam het aardse. Daarna pas het geestelijke. De eerste mens werd uit het stof van de aarde gemaakt. Maar de tweede Mens is uit de hemel

“En net zoals we eerst lijken op die aardse mens, zo zullen we later lijken op die hemelse Mens” 1 Corinthiërs 15:45-49 BB.

“Maar een dief komt alleen maar om te stelen en te doden en te vernietigen. Ik ben gekomen om leven te geven en overvloed” Johannes 10:10 BB.

“Omdat God een belofte heeft gedaan èn een eed heeft afgelegd, valt er aan Zijn woorden niet te twijfelen. Daarbij is het uitgesloten dat Hij zou liegen. Dat geeft moed en hoop aan ieder die naar Hem vlucht om gered te worden” Hebreeën 6:18 HB.

Wees verstandig en let goed op. Jullie vijand, de duivel, loopt rond als een brullende leeuw die een prooi zoekt. Hij zoekt wie hij kan verslinden” 1 Petrus 5:8 BB.

“Wees echte kinderen van God op wie niets valt aan te merken. Want dan zullen jullie als stralende sterren zijn, die opvallen tussen de slechte en ongehoorzame mensen van deze tijd”. Filippenzen 2:15 BB.

Een Goddelijke glans

Mogen deze Bijbelverzen ons uitdagen, helpen en inzicht en kracht geven, om die brullende leeuw de satan uit ons leven te weren. Pas dan krijgen we die Goddelijke glans van Christus op ons gelaat. De ogen die oplichten bij het horen van de Boodschap van Jezus. Of het hart wat warm wordt als daar iemand van zijn of haar redding getuigt.

“Nu zo’n grote menigte ons ziet en aanmoedigt, moeten wij alles afleggen wat hindert en ons bevrijden van de zonde, die zich aan ons vastklemt. Wij moeten de baan afleggen die voor ons ligt, zonder op te geven” Hebreeën 12:1 HB.

Wie in het geloof groeit leeft iedere dag bewuster in de Hoop die voor ons ligt. Onze omgeving zal hier niet altijd even goed mee omgaan, deels uit spot en deels uit het niet goed weten hoe met een gelovig iemand om te gaan. Laten de moeilijkheden van ‘het nu’ je nooit de baas worden want dan val je sneller terug in ‘oude gewoontes’, dan je wilt. Neem je toevlucht tot God ‘nader tot Hem’, moet onze keus zijn in moeite en vreugde. God wil ons helpen om een overwinnaars leven te laten zien aan al onze tegenstanders.

Dan zullen we versteld staan dat de rijkdom in ons denken, onze altijd ‘hongerige-hoop’ en ons ‘standvastig-verlangen’ door God, op zijn wijze beantwoord gaat worden. En twijfelt het hart vergeet dan nooit dat wij voor eeuwig in God ‘geborgen’ zijn. Deze geborgenheid zal ons nooit tot hopeloosheid brengen.

 Voor u geschreven, Fred IJzerman.

Dit artikel wordt auteursrechtelijk beschermt door © www/Aresko.nl

Datum gemaakt: 10-4-2021
Versie: 2
  • Waardering
  • Hoeveel sterren geeft u dit artikel?